Dinsdag
18 augustus 2009, vertrokken uit Sumba
We
doen de laatste boodschappen. Ik laat me op een brommer van bank naar
bank
rijden om geld te trekken wat uiteindelijk lukt. We bezoeken onze gids
van
gisteren thuis, waar we zijn ikat verzameling bewonderen en niet kunnen
nalaten
onze eigen verzameling verder uit te breiden. En we verbazen ons nog
steeds
over het openbaar vervoer. Je steekt je hand op naar een van de vele
brommers,
ze stoppen, je stapt achterop en ze rijden je voor 30 cent waarheen je
maar
wilt. En we lunchen nog een keer met onze Australische fietsvrienden
die 2
dagen geleden al zouden vertrekken maar hun ferry is stuk en niemand
weet hoe
lang dat gaat duren. Maar ook aan onze tijd op Sumba komt een eind,
voor donker
vertrekken we voor een nachttrip van 75 mijl naar Rinca, een klein
eiland ten
westen van Flores.
Woensdag
19 augustus 2009, Lehok Ginggo op Rinca
De
hele nacht hebben we kunnen genieten van een prima bakstagwindje en een
gunstige stroom. Het ging allemaal zo vlot dat we dreigden voor
zonsopkomst aan
te komen en we uiteindelijk afgeremd hebben door enkel op een gereefd
grootzeil
te varen. De aanloop van Rinca was spectaculair. Steile hoge uit zee
oprijzende
rotsen, diepe baaien met schaars begroeide bergen.
De aanloop van Rinca, uirzicht op
Komodo en nabijliggende eilanden
We
liggen geankerd
in een
van de vele baaien, dicht bij een strand en beschut voor de meeste
winden.
Alleen de valwinden die zo nu en dan van de bergen af lijken te vallen
doen ons
zo nu en dan rond het anker gieren. Tegen de avond scharrelt er een
groep
apen op
het strand. Positie
08-42.23S 119-39.47E
Voor anker op Rinca, rechts de
Johanna, voor het eerst sinds weken ook weer andere jachten
Donderdag
20 augustus 2009, Lehok Ginggo op Rinca
Het
eerste wat we vanochtend zagen was een enorme varaan op het strand. Een
varaan
is een uit de kluiten gewassen hagedis die rond de 3 meter lang wordt.
Ze
worden ook wel Komodo draken genoemd omdat ze alleen op Komodo
(buureiland) en
Rinca voorkomen. Zoals hij op zijn enorme poten voortstapte kwispelend
met zijn
gespleten hagedissentong leek het wel een prehistorisch monster.
Varaan, ook wel Komodo Draak genoemd
op het strand
Eigenlijk
is
het dat ook. Voorzichtig roeiend met de bijboot ben ik er op af gegaan.
Maar
toen ik voet aan land zette werd het hem te close en verdween hij in de
struiken. Toch hoeft hij voor mij niet bang te zijn, ik eerder voor
hem. Het
zijn vleeseters die grote prooien belagen. Zelfs een buffel versmaden
ze niet.
Die pakken ze niet in een keer, ze bijten hem eerst in de poot. Die
wond gaat
dan ontsteken door de dodelijke bacterien die de varaan in de bek
heeft. Als de
buffel na een week of twee sterft staat de varaan met zijn hele familie
klaar
voor een heerlijke schranspartij.
Vrijdag
21 augustus 2009, door Selat Linta, naar NO Komodo
De
zee-engte tussen de eilanden Komodo en Rinca heet de Selat Linta. In de
pilot
staat over de Selat Linta:
"Selat Lintah, is
little or never used because of strong, little known currents. Three
main
channels lead among the islands N of Pulau Rinca into the
S and wider part of the strait. Along the E coast of Pulau Komodo, a
maximum
velocity of 6 knots was observed during both the N and S currents. A
velocity
of 9 knots was observed S of the narrows between Pulau Padar and Pulau
Rinca." Einde citaat.
Dat
is allemaal mooi maar we moesten er wel doorheen van zuid naar noord.
Maar ik
vond in de Southeast Asia Cruising Guide van Imray wel gegevens over de
richting van de stroom in de Sape Strait, tussen Komodo en Sumbawa.
Daar staat
in deze tijd van het jaar de stroom noordelijk gedurende de 3 uren voor
hoogwater. Dus waarom niet voor onze Linta straat? Die gok hebben we
dus
genomen en zijn vanochtend om 9 uur (3 uur voor hoogwater) vanuit onze
ankerbaai Linta straat ingevaren. En dat kwam goed uit. Het eerste stuk
hadden
we al snel 6 knopen stroom mee. Op het smalste stuk stonden een aantal
reusachtige draaikolken, waar je de boeg van de ene kant naar de andere
zag
zwiepen alsof een onzichtbare hand het schip in zijn greep had. En dat
in een
landschap van tientallen kale eilanden, vlak water met onverklaarbare
randen
kolkend water onder een stralende zon.
Komodo vanuit Linta straat
Tot
onze ankerplaats hielden we
tussen de
een en twee knopen stroom mee. We liggen nu in een diepe beschutte baai
zonder
naam aan de noordoost punt van Komodo. Met verdord gras begroeide
bergen, wat
strandjes en aan de andere kant mangroves. Positie 08-29.62S 119-33.07E.
Zondag
23 augustus 2009 vertrokken van NW Komodo
Het
wordt tijd om verder te gaan. Van andere schepen die voor ons liggen op
de
route naar Bali begrijpen we dat de ankerplaatsen op Sumbawa minder
interessant
zijn en wil je wind hebben aan de lijkant van deze eilanden, dan moet
je een
flink eind uit de kust gaan. We besluiten dus een lange ruk naar het
westen te
maken. Met lichte wind en meest op de motor varend ontworstelen we ons
aan de
wisselende stromen in het water noord van Sape straat, de zeeengte
tusssen
Sumbawa en Komodo. Prachtige vergezichten over de Komodo eilanden. Pas
als we
Sangian eiland voorbij zijn en het donker wordt pikken we een stabiele
zuidenwind op. Die wind wordt steeds steviger en houdt de hele nacht
aan,
toenemend tot 25 knopen. Uiteindelijk jakkeren we dubbel gereefd door
de nacht
over een ruwe zee. De maan is al vroeg onder en de nacht donker.
Daardoor zijn
de sterren extra duidelijk te zien, met de melkweg als een lichtende
band over
de hemel.
Maandag
24 augustus 2009, Pulau Medang
Inmiddels
liggen we voor anker bij het eilandje Pulau Medang. Dit is weer zo'n
plaatje
waarvan je denkt dat ze alleen in reisgidsen bestaan, maar waar je dan
echt
middenin ligt. Wit strand, palmbomen koraal en water zo helder dat je
op 10
meter diepte de bodem zo ziet liggen. Er ligt nog een ander jacht, de
Noorderzon van Mirjam en Frank. 11.30 lieten we hier het anker neer, de
laatste
mijlen weer goed geholpen door een straffe zuidenwind. Positie
08-08.30S 117-22.55E
Dinsdag 25 augustus 2009, vertrokken naar
Bali
De
ankerplek bij Pulau Medang is onrustiger dan verwacht. De hele nacht
liggen we zwaar te rollen en 's ochtend wordt het er niet beter op. Een
dag hier blijven is niet aantrekkelijk, dus lichten we het anker om
naar Bali te vertrekken. Dat ophalen van het anker blijkt minder
eevvoudig dan verwacht. Eerst moet ik met de snorkel op het water in om
uit te vinden hoe de ketting in het koraal verstrikt zit. Door daarna
de juiste bochten te varen weten we de zaak te ontwarren en het anket
heelhuids boven te krijgen.
Aanvankelijk is er weinig wind, maar 's nachts bij de nadering van de
zeestraat tussen Lombok en Bali (Selat Lombok) neemt de wind flinkt
toe, er gaat een rif in het zeil en we maken goede voortgang over een
onrustige zee. Ook is er vrij veel grote scheepvaart die soms wat
aandacht vraagt. De AIS ontvanger blijkt hierbij weer een goed
hulpmiddel.
Beeld van de AIS ontvanger op de
computer. Het rondje in het midden zijn wij. Wij zijn net voor de Bison
Express langsgelopen en daarna naar stuurboord uitgeweken om achter de
CE Alliance langs te lopen. De Ploypalin Naree is om ons te ontwijken
naar stuurboord uitgeweken. Het veld rechts geeft de details van het
geselecteerde schip, in dit geval de CE Alliance. Het CPA (closest
point of approach) is nu een veilige 2,01 mijl. De CE alliance is 280
meter lang en 45 meter breed.
Woensdag
26 augustus, aankomst bij Lovina Beach, Bali
Als
het licht wordt naderen wij Bali. Er is hier veel lokale scheepvaart.
Motorzeilende vrachtvaarder
Ook liggen er veel onverlichte vlotten voor de visvangst.
Vlot voor de visvangst (fish trap),
deze ligt verankerd op een diepte van 1000 meter
Door de stevige stroom tegen laten we pas om 13.00 uur het anker
neer bij Lovina Beach op Bali. Er liggen hier nu 8 jachten, waarvan
vier
onder de nederlandse vlag: de Sun Ra, Noorderzon, Magnet en Johanna.