Na een dagje
in Brisbane aangekomen in
Bundaberg Port Marina.
Ook in Brisbane
het water op
De Johanna staat er keurig bij. Maar wel vies,
alles wat je aanraakt zit onder het stof, en het ruikt muf. Duizenden
kleine kakkerlakken hebben een zak meel aangeknaagd en zich daar
behoorlijk aan te goed gedaan. Veel schoonmaakwerk dus.
De Johanna na een zomer op de wal in
Bundaberg
Maar de motormonteur heeft zijn werk goed gedaan, de nieuwe schroefas
gemonteerd en de motor goed uitgelijnd, de aquadrive (wat een ramp) is
verwijderd. Maar voor mij blijft er genoeg te doen over, voor de
technici onder de lezers een greep uit de lijst to-do's:
| onderwaterschip verven |
| ontluchting motor koelwater |
| warmtewisselaar schoonmaken |
| waterpomp monteren |
| kleppen stellen |
| flexkoppeling monteren |
| ankerrol vervangen |
| lagers stuurautomaat vervangen |
| olie in schroefas keerring |
| motor inlaat maken |
| schroef vastzetten |
| koelvloeistof vullen |
| schroef polijsten |
| anode op schroef |
| anode op roer |
Maar eerst
moeten de zeilen erop, anders kan je binnen de kont niet keren, alles
ligt vol.
Woensdag 15 april 2009
Dat was hard
aanpoten. Warm en benauwd weer, afgewisseld met veel regen. Maar het
meeste wat uit het water moet gebeuren is klaar, morgen het water in.
Zondag 19 april 2009
's Ochtens om 5 uur voeren we weg uit de jachthaven in Bundaberg, alles nog helemaal donker, maar al snel begon het licht te worden. Het woei niet zo hard, we probeerden zo nu en dan even te zeilen, maar dat ging toch te langzaam. We voeren naar Lady Musgrave toe, een atol met een hele kleine doorvaart die ze met dynamiet gemaakt moeten hebben. De doorvaart was duidelijk met bakens aangegeven, wel smal maar niet moeilijk. In de atol lagen een stuk op 10 andere schepen voor anker. Het was niet moeilijk een ankerplek te vinden, volop ruimte en vrijwel geen koraalkoppen of andere ondiepe plekken. We gingen dichtbij het eilandje op het atol voor anker, maar het was al wat laat om het vandaag nog te gaan verkennen. 's Avonds een hele mooie zonsondergang met heldere lucht. Als er een green flash bestaat hadden we hem vandaag zeker moeten zien. Het was een donkere heldere nacht met alleen het geluid van de branding op het rif en heel veel sterren.
Maandag 20 april 2009
We gingen 's ochtens vroeg de bijboot klaarmaken en naar het eiland toe, voordat het bootje met touristen vanaf de vaste wal aan zou komen op ons eiland. Een heel mooi eiland was het, met super wit strand en heel veel vogels, shearwaters, in het bos. Er zaten overal holen in de grond, waar de vogels hun jongen in groot brachten. Over het eiland liepen aan paar paden door het bos, en er was zelfs een camping voor maximaal 40 personen, die wel echt alles zelf mee moesten nemen, inclusief water.
's
Middags wilden we gaan snorkelen op het rif, maar toen dreef er
allemaal olie op het water. Dit schijnt wel een hele goede plek te
zijn om te snorkelen, helder water en geen jellyfish, maar het was nu
toch niet echt aantrekkelijk.
De "jelly fish" die hier genoemd wordt is de zogenaamde Box Jelly Fish
Dat is een kwal met een lijf van 10 -15 cm diameter en tentakels van
enkele meters lengte. De tentakels zijn zo lang dat de
slachtoffers al gestoken zijn voordat ze de kwal zelf in de gaten
hebben. Het beest komt vooral in riviermondingen en langs de kust voor,
is op de eilanden zeldzaam. De beet is zonder doeltreffende hulp door
het alles verlammende zenuwgif dodelijk. De noodzalelijke hulp bestaat
uit onmiddelijke evacuatie per helicopter en daarna aan de
beademingsapparatuur.
Dinsdag
21 april 2009 Great Keppel island
's Ochtends net na zonsopkomst voeren we het atol uit, op weg naar Cape Capricorn, waar we rond 7 uur 's avonds net na zonsondergang aan zouden komen. Het woei maar 5 knopen, dus van zeilen kwam niet veel terecht. 's Middags nog wel even mooi gezeild. De wind kwam ook uit het noordoosten in plaats van de normale passaatwind vanuit het zuiden, daardoor was de ankerplek bij de kaap opeens pal lagerwal. Toen de zon onder was gegaan en het harder begon te waaien besloten we om de kaap voorbij te varen, op weg naar de volgende bestemming, Great Keppel Island, waar we met deze wind wel beschut zouden liggen. De stroom was wat tegen, en we kwamen rond 1 uur 's nachts in de baai aan. Het was wel goed te doen om daar met het donker te ankeren, niet te dicht bij de kust. Het water was helemaal vlak. Om 3 uur was de wind met 20 knopen gaan waaien uit het zuiden en lagen we heel erg te schommelen. Gelukkig konden we nog wel wachten met gaan verliggen totdat de zon opgekomen was en we de ondieptes konden zien.
Woensdag
22 april 2009 Great Keppel Island
Nu
liggen we in een beschutte baai aan de noord-oost kant van Great
Keppel Island, samen met nog 6 andere boten. Er is een wit strand met
een beetje branding, maar we moeten er prima met de dingy kunnen
landen. Great Keppel Island is in vergelijking met Lady Musgrave heel
groot en ook veel hoger, er staan zelfs wat huizen en in een andere
baai schijnt een resort te zijn en pizza's.
Strand
op Great Keppel Island
Donderdag
23 april 2009, Port Clinton
Vanochtend om 7 uur zijn we vertrokken richting Pearl Bay. Eerst hadden we gedacht nog een dag op Great Keppel te blijven, maar er stond een prachtige wind. Ook hebben we gisteren een flinke wandeling op het eiland gemaakt. Eerst omhoog over een bergrug, prachtige uitzichten, dan weer omlaag naar de baai aan de westkant. Heel warm en steil allemaal. Gelukkig konden we daar een ijsje eten en water kopen. Maar daarmee hadden we het eiland ook wel weer gezien en zo'n windje laat je niet zo maar voorbij waaien. Ook lag het op de ankerplek flink te rollen, dus dat hadden we ook wel weer gezien. Ook willen we over een paar dagen Mackay aandoen, we moeten weer wat vers eten gaan inslaan.
Uiteindelijk zijn we naar naar
Port Clinton gevaren. Van een Australisch jacht (de Cartrif, met Ann en
Doug) dat we op Great Keppel ontmoet hadden hoorden we
via de marifoon dat de condities in Pearl Bay "terrible" waren. Zij weken uit naar
Port Clinton en wij volgeden in hun kielzog. Hier in Port Clinton is
het heel mooi, we
liggen voor anker een eindje een soort van rivier of kreek op die het
vaste land ingaat.
Uitzicht op Port Clinton
Er zijn wat witte strandjes, verder alleen maar
bergen in de verte. Weer geen spoor van menselijke aanwezigheid. Dough
op de Cartrif heeft een grote makreel gevangen waar we
ook wel wat van konden krijgen, en we zijn nog even bij hun aan boord
geweest. We waren nog net voor het donker terug, want dan worden hier
de krokodillen actief! Maar ik heb ze nog steeds niet gezien. Positie S
22 32.7 E 150 45.4
Vrijdag
24 april 2009, Cape Townshend
Het
is nu kwart voor 3 in de middag. We hebben net als enige schip het
anker laten vallen bij een strand achter een rotsige kaap. Het ligt
een beetje te rollen maar verder aardig rustig. Vandaag hebben we
weer het hele stuk op de motor gevaren, de wind laat het afweten en
het is drukkend warm. Het land is woest en verlaten, eindeloze
stranden, baaien, bergen en bossen, allemaal zonder een spoor van
menselijke aanwezigheid, alsof de tijd hier stilgestaan heeft sinds
Kapitein Cook deze kusten het eerst verkende. Waar we nu liggen zijn
overal om ons heen de rotsen drooggevallen. Het is laagwater en het
tijverschil is een meter of 6. Een smalle gedeeltelijk drooggevallen
slenk slingert zich verderop tussen de eilanden door. Volgens onze
pilot komt de zoutwaterkrokodil hier veel voor. Positie S 22 12.8 E 150
28.21
Zaterdag
26 april 2009, Middle Percy Island
Vanochtend
om kwart over 5 op om bij het eerste licht te vertrekken. Zo pakken
we de meeste stroom nog mee. En stromen doet het hier. Het
tijverschil bedraagt hier een meter of 6, op de zeekaart staan een
stuk uit de kust tijstromen van 3 knopen aangegeven. Verder blijft
het een beetje gissen over de stroom, tijtafels zijn er wel, maar
goede stroomkaarten zoals wij die kennen heb ik nog niet gezien. het
is weer een prachtige stralende dag. We varen wel weer op de motor,
het beetje wind dat er is is pal tegen. We zijn onderweg naar Middle
Percy Island.
De
tocht voert vlak langs een aantal onbewoonde en zo te zien ook
ontoegankelijke eilanden, steile hoge kusten, beboste rotsen. Wat een
verlaten wereld.
Zojuist
om 13.00 anker laten vallen bij Middle Percy Eiland. Tropisch
paradijsje, voor het eerst weer palmbomen, mooie baai met wit strand.
Straks even de wal op.
Positie: Latitude:
21-39.19S Longitude: 150-14.59E
Middle Percy Island, strand met A-frame hut
Op
de wal staat een groot schuurachtig afdak ("A" frame shed), dit afdak
is een ontmoetingsplaats voor zeilers, er staat een grote
tafel, een paar planken die op een keuken lijken en alles is helemaal
volgepakt met souvenirs van de bezoekende schepen, een ieder laat
hier een gemarkeerd aandenken achter. Een eindje verder, met
sprookjesachtig uitzicht
overde baai, is een boomhut gebouwd.
Treetops, het boomhuis
Een onwaarschijnlijk bouwsel uit
meest wrakhout van 2 verdiepingen in een eeuwenoude boom. Hier woont
tijdelijk een Tjechische vrouw, hier beland op haar omzwervingen door
Australie. Ze heeft twee keukens, een zitkamer op het terras een
aparte slaapkamer met klamboe boven het bed en overal een frisse
wind. Ze nodigt ons op de thee op het balcon.
Dochter Marieke de veranda van
Treetops
Wil je ook een tijdje in Treetops wonen? Geen probleem, het huis is gratis beschikbaar voor gasten die een poosje komen helpen op het eiland. Aan melden bij de homestead, Je moet bij Cate zijn. E-mail op aanvraag bij ons beschikbaar.
De lagune van het eiland
Het
eiland heeft ook een echte haven. Vanuit zee gaat een met mangroves
omzoomde slenk het land in. Door het grote tijverschil kunnen schepen
met hoogwater naar binnen en eventueel tegen een paar grote palen
droogvallen. Waarna je 12 uur lang een weerloze prooi voor de vele
muskieten en zandvliegen bent. Wij blijven dus maar op zee.
Zondag 27 april 2007, Middle Percy Island
En
dat we op zee bleven hebben we geweten ook. 's Nachts draaide de wind
van NO naar NW, we lagen pal lagerwal. Gelukkig woei het niet zo
hard, maar rollen deed het wel, zo ongeveer je bed uit. Ik heb alles
klaar gemaakt om direct weg te kunnen, instrumenten aan, computer
bij, alarm op de GPS en zo toch nog een beetje geslapen. Maar
inmiddels nu wordt het weer rustiger, het ziet er naar uit dat we
hier vandaag wel kunnen blijven, verder zou morgen de wind weer naar
zuid draaien.
Pannekoeken op de veranda van de Homestead, met dank aan Cate
We maken een wandeling naar de "homestead", het huis midden
op het eiland waar Cate en John (de huurders van het eiland) wonen. Het
is een zware wandeling, anderhalf uur lopen, hoger en hoger, heel warm
en vochtig. Boven staat een groot enigszind vervallen oud huis.
Eigenlijk is dit huis een grote varanda op palen onder een golfplaten
dak, met in het centrale gedeelte een paar kamers. Prachtige
vergezichten, en een frisse wind maken het leven hier zwaar maar
dragelijk. Het zware zit hem vooral in het opnieuw ontginnen van de
moestuin, sterk verwaarloosd door de vorige bewoners. Vlees hebben ze
door zo nu en dan een geit te schieten en met de moestuin erbij hopen
ze binnenkort weer zelfvoorzienend te zijn.
Uitzicht
op Pine Island, het kleine eilandje voor de kust van Middle Percy
Maandag
28 april, Mackay
Na een lange dag varen om 18.15 aangekomen in de jachthaven van Mackay.
Zelfs voor het eerst sinds dagen weer mooi kunnen zeilen, in de loop
van de dag stak er een matig zuidelijk briesje op.
Hier hebben we na Bundaberg weer een
keer internet.